1149 Onder bemiddeling van den heer van den Berghe en het kapittel en de stad Munster, stellen de afgevaardigden van den bisschop van Monster, jonkvr. Katheryne van Gelre, bannerheeren, ridderschap, hoofdsteden en kleine steden der kwartieren Nymegen en Zutphen, en van de Veluwe-uitgezonderd Arnhem, Harderwiick, Wagenyngen en Nyerkerck en de ridderschap-de steden Gelre, Venloe, Ercklens, Wickraede met het ambt en de onderzaten van het kwartier van Rueremunde-welke allen de partij van de kinderen van hertog Adolph hebben gekozen-te Emrick ter dagvaart zijnde, voor, de opvolging in Gelre en Zutphen aan de beslissing van den paus te onderwerpen, en intusschen het bestuur over het land aan den hertog van Cleve toe te vertrouwen.
Geteykent up Vridach post Remigii anno LXXX.
Afschrift in Inv. no. 209, fol. 165.